Redactie WijBusinessNieuws,
Van huis uit medisch bioloog, maar met Jura Consultancy beter bekend als een combinatie van zelfstandig adviseur en projectleider, Birk Frankvoort. In de zorg is momenteel veel gaande, te weinig personeel, digitalisering en een vergrijzende bevolking. Hoe gaan innovaties ons de komende jaren helpen en waar liggen de kansen voor zorgondernemers?
Je werkt als freelancer in de zorg, waarin ben jij gespecialiseerd?
“Ik ondersteun bedrijven, gemeenten en zorginstellingen bij complexe zorgprojecten. Ook bedrijven uit het buitenland begeleid ik. Er komt namelijk veel bij kijken wanneer je als bedrijf de zorgmarkt instapt. Nu begeleid ik bijvoorbeeld een start-up uit Singapore. Maar ook vanuit Amerika is er veel interesse voor de Nederlandse zorgmarkt. We lopen namelijk voorop in sociale tech. Innovaties die ingezet worden om mensen met elkaar in contact te brengen. En in landen als Amerika is deze vorm van brede zorg slecht geregeld.”
Waar het onderwijs het aantal freelancers die voor de klas staan wil terugdringen, trekt dat in de zorg juist aan. Welke ontwikkeling zie jij hierin?
“Naar mijn idee zijn er twee soorten freelancers in de zorg. Zo heb je de uitvoerende kant. Dit zijn zorgmedewerkers die problemen ervaren en ervoor kiezen om als zzp’er door te gaan. Dit zijn vaak problemen als te hoge werkdruk, relatief slecht salaris en weinig vrijheid. Als zzp’er kun je zelf je uren indelen en los je voor jezelf een probleem op. Voor vaste werknemers valt dit nadelig uit en wordt het nog zwaarder. Er zijn bijvoorbeeld nog minder mensen die nachtdiensten willen draaien. Dus voor het individu is het positief, maar voor het systeem niet. Daarom wordt het nu ook aan banden gelegd door wet en regelgeving. Er moet een bredere oplossing komen, het hoogste ziekteverzuim is namelijk in de zorg. Wanneer dit naar beneden gaat, wordt een groot deel van het probleem al opgelost.
Dan heb je nog de freelancer zoals ik. Tijdelijke projecten, heel specifiek en een waardevolle bijdrage leveren aan zorginstellingen. Ik kan tegelijkertijd voor een gemeente, zorgverzekeraar en zorginstelling werken. Ze huren namelijk een specialisatie in en bij mij betekent dat consultancy. Adviseren en begeleiden.”
De zorg moet blijven innoveren. Op welke manier kan de zorg dit het beste doen volgens jou?
“Vroeger was er ruimte om de patiënt een beter leven te geven. Je hebt medicijn A? Medicijn B is zojuist op de markt verschenen en werkt nóg beter. Het is alleen wel duurder. Dit was de manier van innoveren, maar dat kan niet meer. Die ruimte is er ook niet meer. De focus moet verlegd worden naar de grootste problemen die in de zorg leven. Dat zijn onder andere het tijdgebrek dat zorgverleners ervaren, de bijkomende administratie en de te hoge werkdruk. Het wordt tijd dat de zorg aan zichzelf gaat denken; wat hebben wij nodig? Welke innovatie gaat ons helpen om deze problemen op te lossen?”
Je zegt dat het oplossen van de grootste problemen nu belangrijk is en de zorg aan zichzelf moet gaan denken. Welke rol spelen toeleveranciers hierin met betrekking tot zorginnovaties?
“Producten maken die helpen. Snap je klant. Als toeleverancier is het belangrijk om je te realiseren wat het probleem van de klant is. Wanneer zorgverleners betaald worden voor de tijd die ze per patiënt hebben, heeft het geen zin om met een innovatie te komen die ervoor zorgt dat je minder tijd per patiënt nodig hebt en de wachtlijst wegwerkt. Innovaties die het voor de zorgverlener zo makkelijk mogelijk maken, dat zijn producten die helpen.”
Het klinkt simpel, producten maken die helpen. Zo zijn er diverse innovatieve partijen, zoals Mindler, Webcamconsult en Medify in de zorgmarkt die hier een steentje aan bijdragen. Toch zijn er veel innovatieve ideeën die niet zo ver komen. Hoe komt dat?
“Ik zie drie verschillende smaken start-ups die het succes bepalen van een innovatie. Zo heb je de artsen. Zij lopen tegen een probleem aan en willen dit graag oplossen met een goed idee. Ze komen vaak nog vrij ver, omdat ze een netwerk hebben. Maar zakelijk of technisch benul hebben ze dan weer niet en daarop lopen ze vast.
Dan heb je de ideeën die voortkomen uit patiëntervaring. Zij komen niet uit de sector, maar hebben wel een hoge aaibaarheidsfactor. Oftewel, een pakkend verhaal waar ze sympathie voor krijgen. Als het een ondernemer is zal het aardig lukken, maar omdat ze het systeem niet kennen loopt het alsnog stuk.
Dan is er nog de combinatie tussen de eerste twee. De zorgverlener en de ondernemer. Helemaal wanneer deze ondernemer in de technologie werkt lijkt deze vorm van startup een kans te maken.
Wat je hieruit op kunt maken is dat samenwerking belangrijk is. De ondernemer en de zorgverlener samen komen verder dan het individu. Dat zie je ook bij Webcamconsult. De oprichters zijn twee artsen en een ondernemer. Op die manier is er veel meer informatie beschikbaar. Realiseer je in welk hokje je zit en ga op zoek naar meer informatie en/of een samenwerking met een zorgverlener dan wel ondernemer.”
Toch blijft de zorgsector lastig als het gaat om transformeren. Waar loop je tegenaan wanneer je zorgaanbieders probeert te overtuigen om te innoveren?
“De zorg is ingewikkeld, met name omdat het een gereguleerde sector is. Je hebt te maken met regels en wetten. Ga je als ondernemer de zorgsector in, dan moet je je realiseren dat je in een juridisch kader opereert. Dan is het ook nog ingewikkeld wie je klant is, want wie gaat jouw product kopen? Als je iets ontwikkeld hebt voor de patiënt, zal een ziekenhuis dat product niet inkopen. Want de patiënt zal het thuis gebruiken, niet in het ziekenhuis. Een verzorgingshuis kan het product wel aanschaffen, omdat zij het product direct aan de patiënt kunnen aanbieden.”
Ten slotte, hoe gaan wij het tekort aan 137.000 zorgmedewerkers in 2032 ondervangen?
“Innovatie. Bij innoveren moet je niet alleen denken aan high-tech ontwikkelingen zoals een operatierobot. Je kunt het ook inzetten om mensen zo lang mogelijk gezond te laten leven, oftewel preventie. We kunnen nu wel heel veel mensen gaan opleiden, maar dan duurt het nog jaren voor ze ingezet kunnen worden. En mensen op- en afschalen gaat moeilijk. Een innovatie is bijvoorbeeld Stichting Knarrenhof. Verschillende hofjes met de tuinen naar elkaar toe, waardoor contact met elkaar makkelijker is. Dit is bijvoorbeeld een manier om de eenzaamheid tegen te gaan. Maar ook de heupairbag is zo’n voorbeeld. We willen mensen zo lang mogelijk thuis laten wonen, maar wanneer er na een val angst is ontstaan om naar buiten te gaan zal dit niet lukken. De heupairbag zorgt ervoor dat mensen vertrouwen en een gevoel van veiligheid hebben om weer de deur uit te gaan. Zo zorg je met ‘kleine’ innovaties dat mensen langer gezond blijven.”